Veelbelovende toekomst voor Oliver Wyns, Belgisch Kampioen BMX uit Heist

In 2008 werd BMX een olympische discipline en ook op de recente Olympische Spelen in Tokio zagen we nog de heldhaftige toeren van de BMX’ers. In Heist-op-den-Berg woont de 9-jarige Oliver Wyns, kersvers Belgisch kampioen BMX in zijn leeftijdscategorie. Ouders Katleen en Stijn vertellen vol enthousiasme over hun sportieve kinderen en het BMX-talent van hun zoon.

In jullie tuin zien we ook enkele niet-alledaagse speeltuigen?
Katleen: Die verraden hier echt wel de sportieve aard van onze kinderen. Naast een schommel en zandbak hangt er ook een rekstok voor onze dochter Marilien die  turnt bij Arduas en danst bij Movere. De springschansen zijn voor Oliver die hier vaak door de tuin crosst met zijn fiets. Hij is dan ook een echte fietsfreak en BMX’t sinds zijn 5 jaar.

Niet meteen een voor de hand liggende sport?
Stijn: Ik heb zelf gevoetbald vroeger en nam Oliver toen hij vier jaar was mee naar een trainingskamp bij de club. Daar werd echter al gauw duidelijk dat voetbal niets  voor hem was, hij wilde ‘koersman’ worden. We zijn dan op zoek gegaan naar de mogelijkheden die er waren op die jonge leeftijd en zijn zo terecht gekomen bij  BMX, een fietsdiscipline die beoefend mag worden vanaf een leeftijd van 5 jaar. In onze regio zijn er slechts een handvol clubs. Na enkele trainingen bezocht te  hebben, kozen we voor BMX Dennenteam in Keerbergen.

Wat is zo typisch aan BMX’en?
Stijn: BMX is een fysiek zware sport die ontstaan is als motorloze variant op de motorcross. Ze rijden met kleine fietsen met een laag zadel op een parcours vol  haarscherpe bochten, bulten en sprongen. Wat weinig mensen weten is dat je altijd rechtstaand moet fietsen, je hebt dus stalen beenspieren nodig. Het is een  explosieve sport dus een veilige outfit is niet alleen een luxe maar een must. Stevige handschoenen, een brommerhelm en een harnasvestje waar  beschermingsstukken in zitten, behoren dan ook tot de standaarduitrusting. Je moet af en toe ook wel wat geluk hebben, valpartijen zijn helaas onvermijdelijk,  onlangs brak Oliver toch nog zijn hand.

Hoe vaak traint Oliver?
Katleen: Hij is in maart 2017 begonnen en traint gemiddeld twee keer per week in clubverband. Daarnaast neemt hij ook soms deel aan extra privétrainingen bij de  Bjorn Wynants BMX School. Elke training kan hij zijn technische vaardigheden, zoals jumpen, liften, pompen en bochten nemen, verder aanscherpen. Begin  augustus volgde hij nog een trainingskamp in het Sven Nys Cycling Center in Tremelo, een heel leuke ervaring want Sven Nys neemt er zelf de nodige tijd om de  jongeren dagelijks te begeleiden.

Jullie doorkruisen ook heel het land voor wedstrijden?
Stijn: Het eerste jaar was het voornamelijk recreatief BMX’en. Pas in het tweede jaar, toen Oliver zes jaar was, mocht hij beginnen deelnemen aan competities. Hij  krijgt daarbij ondersteuning van het ICE factory team Belgium. Voor de wedstrijden toeren we met de hele familie heel België rond en recent reizen we ook af en toe  naar de buurlanden voor de Europese competitie.

Op korte tijd fietste Oliver dus al een mooi palmares bij elkaar?
Stijn: In juli 2019 werd hij onverwacht 7de op het WK BMX in Zolder, vandaar het nr. 7 op zijn fiets. In oktober 2020 werd hij een eerste keer Belgisch kampioen en dit jaar bevestigde hij door begin juli voor een tweede keer te winnen. Koersen is zijn leven! Hij verzamelt allemaal attributen van de koers en zou graag eens op de foto  gaan met Wout Van Aert, zijn grote voorbeeld.