Zorg voor elkaar
In eerste instantie leek Covid-19 een ver-van-ons-bed-show te worden, een virus dat zich vooral in China leek te verspreiden. Tot de beelden uit de Italiaanse ziekenhuizen ons bereikten en ook hier allerlei maatregelen getroffen werden. Een pluim voor de zorgsector die zich de voorbije periode uit de naad gewerkt heeft om de Coronacrisis het hoofd te bieden maar ook voor de hartverwarmende initiatieven die her en der opdoken en de talrijke vrijwilligers. En natuurlijk ook voor ieder van ons om in ons kot te blijven, afstand te houden en extra te letten op handhygiëne.
De beste teambuilding ooit
Esther Dries is verpleegkundige op intensieve zorgen in het AZ Sint-Maarten in Mechelen. Ze was erbij toen de eerste patiënten arriveerden, viel zelf even uit toen ze positief testte op Covid-19 maar ging nadien vol goede moed weer aan het werk. “Intussen is de rust een beetje weergekeerd maar het is echt een helse periode geweest hoor,” vertelt ze, “we waren wel goed voorbereid en zijn de crisis telkens een stap voor geweest maar dat maakte het natuurlijk niet minder zwaar. Wij hebben erg zieke mensen behandeld die in heel wat gevallen ook geïntubeerd moesten worden. De meeste van die mensen moeten ook bijna twee maanden in het ziekenhuis blijven vooraleer ze ontslagen worden. Om onszelf zo goed mogelijk te beschermen moesten we allerlei speciale kleding aantrekken en daarin was het echt zweten geblazen. Ook de maskers waren geen pretje om te dragen, ze drukten hard op de neus met heel wat wondjes tot gevolg. Eten, drinken of naar het toilet gaan probeerden we tot een minimum te beperken en uit te stellen tot het einde van onze shift. Gelukkig kregen we veel steun, zo kwamen collega’s van andere afdelingen helpen op intensieve zorgen. Kort samengevat was dit ongetwijfeld de beste teambuilding ooit!”
Stikken maar
Al 36 jaar lang kan je Maria Peeters regelmatig terugvinden in het cursuscentrum waar ze eerst zelf les volgde en intussen zelfs mee de les snit & naad voor gevorderden geeft op vrijdagvoormiddag. Geen wonder dus dat ze mee ingeschakeld werd toen er mondmaskertjes gestikt moesten worden, eerst voor de mensen in de rustoorden en later ook voor de mensen die het openbaar vervoer moesten nemen om te gaan werken. “We hebben alles thuis gemaakt,” vertelt ze, “de lapjes stof lagen klaar om opgehaald te worden of werden tot bij ons thuis gebracht en wij konden dan aan de slag gaan met een patroon dat we ook meekregen. De eerste tien mondmaskertjes die ik maakte waren wat zoeken met die plooitjes maar nadien lukte dat natuurlijk steeds beter. Ik heb gelukkig meer dan genoeg ervaring dus ik heb dat met plezier gedaan. In totaal heb ik toch zo’n 150 mondmaskers gemaakt.” Op de vraag of ze zelf graag een mondmaskertje draagt antwoordt ze dat ze daar niet zo’n fan van is maar dat ze het natuurlijk wel opzet als het moet.
Reacties
Er zijn nog geen reacties toegevoegd. Voeg als eerste een reactie toe.
Reageren
Jouw mening is belangrijk. We behouden ons het recht om boodschappen niet te publiceren.